Andere milieuprogramma's
Verhandelbare emissierechten
Het systeem van verhandelbare emissierechten (dikwijls ook emissiehandel
genoemd) is ingevoerd door de Europese Unie. Alle lidstaten doen
hieraan mee.
Het is een instrument om de CO2-uitstoot van de bedrijven te beperken.
Twee categorieën van installaties moeten hieraan meedoen:
- installaties voor de productie van staal, cement, glas (minimaal 20 ton per dag), keramische producten (minimaal 75 ton per dag), pulp en papier, olieraffinaderijen en cokesovens. Dit wordt criterium A genoemd, zowel verbrandingsemissies als procesemissies worden aan het systeem onderworpen;
- stookinstallaties met een thermisch ingangsvermogen (brandstofinput!) boven 20MW. Dit wordt criterium B genoemd, alleen verbrandingsemissies worden aan het systeem onderworpen. In Vlaanderen zijn rechtstreekse verwarming en chemische reactoren uitgesloten van het systeem.
De eerste periode van de VER is 2005-2007. De tweede periode komt overeen met de eerste Kyoto-verbintenisperiode 2008-2012.
Alle betrokken installaties dienen hun CO2-emissies te monitoren per kalenderjaar en daarna emissierechten te overhandigen voor de opgetreden emissies; wie rechten te veel heeft kan ze verkopen, wie er te weinig heeft kan er kopen.
De praktische tijdsplanning voor de eerste periode is:
- 28-02-2005: toewijzing van de emissierechten 2005 door de Vlaamse Overheid
- 31-01-2006: indienen van het emissierapport over 2005
- 28-02-2006: toewijzing van de emissierechten voor 2006
- 31-03-2006: het emissierapport 2005 dient goedgekeurd te zijn
- 30-04-2006: inleveren van de nodige emissierechten voor 2005
- enz.
Wat is de relatie tussen het convenant en de VER?
Het convenant is een vrijwillige overeenkomst tussen de Vlaamse Overheid en het bedrijfsleven, om de energie- en CO2-doelstellingen in overleg en op een rationele manier te verwezenlijken. Het houdt concrete efficiëntieverplichtingen in; het loopt vooruit op wettelijke bepalingen en stroomlijnt deze laatste.Het VER-systeem is een Europees beleidsinstrument dat elke lidstaat dient toe te passen. Het voorziet absolute uitstootbeperkingen, onafhankelijk van productiegroei.
Overeenkomstig het convenant dient de Vlaamse Overheid alles in het werk te stellen opdat Europese maatregelen geen extra taakstelling zouden vormen. Convenantbedrijven dienen dus voldoende emissierechten te krijgen als ze aan het convenant voldoen, met andere woorden indien ze het goedgekeurde Energieplan uitvoeren.
De toekenning van de emissierechten voor de periode 2005-2007 is uitgevoerd volgens het “Vlaamse Toewijzingsplan”, goedgekeurd door de Vlaamse Regering en steunt voornamelijk op de referentie-emissies van 2003, de groeifactor (volgens de opgave in de emissie-inventaris 2003) en de vooruitgangsfactor (voor verbrandingsinstallaties is deze afgeleid uit het energieplan van het convenant, voor procesemissies is deze 1). De toekenning voor de periode 2008-2012 dient in 2006 uitgevoerd te worden, hiervoor is nog geen toewijzingsplan opgesteld.
Voor meer informatie kan men terecht op:
Voor de Europese Richtlijn: www.europa.eu.int/comm/environment/climat/emission.htmVoor het Vlaams Toewijzingsplan en voor het Besluit van de Vlaamse Regering dat de Europese Richtlijn omzet: www.vlaanderen.be/lucht
Laatste aanpassing: 22/12/2015
© 2007 - 2020 | Energiebenchmarking in Vlaanderen
design by webnet. multimedia services